donderdag 4 december 2008

Verliest de staat haar soevereiniteit in de stad?

Dag groepscollega's en lezers,
blijkbaar heb ik de eer om, met uitzondering van de inleiding, als eerste een bijdrage op dit forum te posten.
Deze bijdrage gaat over hoe migratiepopulaties vanuit de stad de soevereiniteit van de staat uitdagen. Daarvoor baseer ik mij op het onderstaande artikel:

Landau, B. L. en Monson, T. (2008). Displacement, Estrangement and Sovereignty : Reconfiguring State Power in Urban South Africa. Government and Opposition, 43 (2), 315-336. (1)

Zoals werd aangegeven, wil dit artikel aantonen hoe migratiepopulaties vanuit de stad de bestaande soevereiniteit van de staat uitdagen. Ze doen dit door zich “space” toe te eigenen waarop ze eigenlijk geen recht hebben, maar ook door hun interactie met autochtone burgers en officiële ambtenaren. Hiermee hopen de auteurs een insteek te bieden voor onderzoek dat zich richt op informele mechanismes van territoriale controle die parallel met het formele systeem worden gebruikt, of die het doorkruisen.
Het onderzoek focust op Johannesburg omdat Johannesburg naar Afrikaanse maatstaven een sterke stad is. De redenering die hierachter schuilt is eenvoudig: migranten concentreren zich in steden, en als de soevereiniteit van de staat in deze stad wordt uitgedaagd, dan moet dat in zwakkere steden zeker het geval zijn.

Volgens de auteurs zijn er drie manieren waarop de autoriteit van de staat wordt uitgedaagd. Ten eerste is er de socio-economische en institutionele discriminatie door burgers, waarbij zij vaak worden bijgestaan door officiële vertegenwoordigers van de staat. Een tweede manier komt uit de migrantenpopulatie zelf, namelijk door het creëren van een discours van exclusie, waarbij zij zichzelf buiten het systeem plaatsen. Als gevolg daarvan gaan ze op zoek naar alternatieve rechtssystemen die voorbijgaan aan de wetten van de staat. Tenslotte is er een systeem dat via wetten en extra-legale acties de functies van de staat dermate versterkt, als reactie op de migranten, dat het haar soevereiniteit hervormt.
De conclusie van het onderzoek is dat de uitgangspunten van staatssoevereiniteit geproblematiseerd moeten worden. De staat kan in theorie wel als een unitair systeem worden voorgesteld, in de dagelijkse praktijk blijkt echter dat op lokaal niveau de ambtenaren parallelle en informele autoriteitssystemen opzetten voor het eigen gewin. Ten tweede is het zo dat soevereiniteit niet een kwestie is van bestaan of niet, maar wel van gradaties van erkenning van soevereiniteit, die lokaal van elkaar kunnen verschillen. Ten derde kan het gebeuren dat een groep die zich uitgesloten voelt, zelf met een alternatief systeem komt. En tenslotte is er de vaststelling dat ook staatsactoren zich buiten het kader, dat door wetten werd afgebakend, gaan begeven in hun pogingen om de migrantenpopulatie te beheersen.

Hoewel we het onderwerp van dit artikel bezwaarlijk als nieuw kunnen bestempelen, biedt het inderdaad een interessante insteek. Dat neemt echter niet weg dat er wel degelijk een aantal bedenkingen, nuanceringen of toevoegingen bij het artikel kunnen worden geformuleerd.
Een eerste bedenking die we kunnen maken is de tegenstelling die wordt gemaakt tussen het staatsbelang aan de ene kant en het verlies van soevereiniteit aan de andere kant. Davis wijst erop dat de twee niet noodzakelijk tegenover elkaar moeten worden geplaatst, maar dat ze in elkaars verlengde kunnen liggen: “Indeed national and local political machines usually acquiesce informal settlement (and illegal private speculation) as long as they can control the political complexion of the slums and extract a regular flow of bribes or rents. Without formal land titles or home ownership, slumdwellers are forced into quasi-feudal dependencies upon local officials and party bigshots. Disloyalty can mean eviction or even the razing of an entire district”. (2) Door het opgeven van een deel van de soevereiniteit ontstaat er dus afhankelijkheidsrelatie, waardoor de overheid meer grip krijgt op de migranten. Al hebben de auteurs natuurlijk wel gelijk als ze beweren dat het vooral de macht van de lokale autoriteiten is die toeneemt, ten nadele van de nationale soevereiniteit.
Een tweede bedenking betreft de methodologie die in het onderzoek wordt gehanteerd. Een van de uitgangspunten is dat men in een stad twee groepen aantreft: de autochtone bevolking en de nieuwkomers. De situatie is echter niet zo eenvoudig als het artikel doet uitschijnen. In een recent gastcollege werd duidelijk dat de autochtone Zuid-Afrikaanse bevolking allesbehalve een eensgezinde en homogene groep vormt. Ook is het zo dat de Zuid-Afrikanen niet goed weten hoe ze moeten omgaan met ‘citizenship’, en dat hun wantrouwen ten opzichte van lokale autoriteiten toeneemt (3). Dit is een dynamiek binnen de Zuid-Afrikaanse bevolking, die we dus ook in de steden terugvinden, die grotendeels over het hoofd wordt gezien.
Ondanks de bovenstaande bedenking, kunnen we niet ontkennen dat er wel degelijk een discours van exclusie wordt opgebouwd. Laten we hier, ten derde, wat meer aandacht aan besteden. Interessant hierbij is het soort discours dat we in “westerse” steden tegenkomen, waar we zien dat de oorspronkelijke bevolking nieuwkomers op basis van associaties als anders gaat bestempelen. Dit idee werd verder uitgewerkt door Graham die stelt dat steden door de globalisering centra van “heterogeneous mixing” zijn geworden: “The ‘hybrid’, transnational identities of many neighbourhoods and communities in cities, shaped by generations of transnational migration and diasporic mixing, are thus becoming problematised. Inevitably, such places and groups are being ‘stretched’ across the resurgent ‘them’ and ‘us,’ or ‘home’ and ‘foreign,’ binaries that are being imposed” (4). De constructie van een identiteit gebeurt dus door zich af te zetten tegen de “ander”. In het geval van de migranten in Johannesburg zijn de anderen de Zuid-Afrikanen, die zij associëren met de Zuid-Afrikaanse staat. Door zich daartegen af te zetten, zetten zij zich dus ook af tegen de Zuid-Afrikaanse staat, wat haar soevereiniteit uitdaagt. Op deze manier toont dit artikel aan hoe discoursanalyse een relevante invalshoek kan bieden voor wie in deze tijden van globalisering de problematiek van de migratie, waarin steden een centrale rol spelen, en haar verhouding met de staat naderbij wil bekijken.
Lennart Vandamme
Referenties:
(1)Landau, B. L. en Monson, T. (2008). Displacement, Estrangement and Sovereignty : Reconfiguring State Power in Urban South Africa. Government and Opposition, 43 (2), 315-336.
(2) Davis, M. (2004). Planet of slums. Urban Involution and the Informal Proletariat. New Left Review, 26 (march-april), 5-34.
(3) Tapscott, C. en Esau, M. Master Seminar: Citizenship, development and democracy, lesnotities 27 november 2008.
(4)Graham, S. (2004) Cities, war, and terrorism; towards an urban geopolitics. Oxford: Blackwell, Introduction.

1 opmerking:

Anoniem zei

http://urbanconflict.wordpress.com/2008/12/31/migranten-of-de-staat-zelf-als-oorzaak-voor-aantasting-van-de-soevereiniteit-van-de-staat/

commentaar op andere blogpost